Na een heerlijke nacht op de mooi groene camping moeten we lekker vroeg op (6.00 uur) voor een wildlife cruise op de Yellow River, die een klein stukje daarna de South Alligator River wordt. Je raadt het al: we gaan op zoek naar de grote platbekken (ook wel Salties genaamd) en ander wild life. Mijn favoriete excursie tijdens een vakantie. Nog voordat überhaupt iedereen is ingescheept ziet Willem de eerste croc al cruisen, gaaaaap. 
Als het zo makkelijk gaat… Maar het voordeel van een boot is natuurlijk dat je er veel dichter bij kan komen. Spectaculair zien we er 1 jagen op een vis, hij komt half boven water en splasht weer terug. Maar de vis heeft hij niet te pakken. Verder zijn er langs een rivier altijd veel vogels te vinden en blijkbaar hebben we veel geluk vandaag. We zien o.a. (voor de liefhebbers) de Purple Swamphen, de Comb Crested Jacana, Australian Darter, Little Pied Cormorant, Magpie Goose, Plumed Whistling Duck, Sea Eagle, de Great Harron, Azurra (nb: dit is de fonetische naam), small King Fisher en nog meer. De crocs blijven indrukwekkend. Helaas na 2 uur is de cruise voorbij en gaan we lekker ontbijten.
Omdat het nog zo lekker vroeg is, gooien we Nourlangie in de herhaling. Deze keer laten we de billabong en haar insectenvriendjes lekker links liggen en toeren we door naar de escarpment zelf. Wauw, dit is er weer zo één die ontzag opwekt. Honderden meters steile wand omhoog in alle kleuren. Weer een goede Aboriginal spot, want ook hier is een mooie rotsschuilplaats te vinden met de nodige culturele graffiti.
Ik heb het gevoel dat de geesten van de oude Aboriginals hier nog rondwaren. Er hangt een hele mystieke sfeer. We zijn blij dat we nog zijn teruggegaan. Maar evenzogoed weer blij om in de airco auto te stappen. We gaan weer richting Darwin. Onderweg stoppen we nog bij een vogelspottershut en zien daar honderden vogels lekker chillen in een waterpoel. En dan moeten we toch echt wel richting Darwin. Een dikke 300 kilometer recht door de outback, het blijft bijzonder. Her en der een fikkie om het bos wat op te schonen, dat houdt je aandacht erbij.
Eenmaal aangekomen in Darwin gaan we op zoek naar Mindil Beach, daar hebben ze op zondagavond een soort van sunset market, met allerlei kraampjes met prulletjes en eten. We zijn wat aan de vroege kant maar gaan even lekker chillen in het gras. En we waren net op tijd, want vanaf dat moment stroomt vol met locals met tafels en campingstoelen die een avond daar gaan vertoeven. Heel relaxed allemaal, we eten wat samosa’s en gado gado met kipsaté (we laten de Dutch small pancakes voor wat het is, ze worden aangeboden onder de zo goed als foutloos gespelde naam proffertjies). Achteraan maakt een soort van rockband behoorlijk wat herrie met de didgeridoo en een drumstel. Klinkt wel apart, de CD laten we even voor wat het is. Verderop blijven we kijken naar een circusact met vuur jongleren, messen werpen en ander gekkig gedoe. We vermaken ons prima!
Moe maar voldaan vertrekken we naar een camping. Yaiks: hij blijkt dicht! Na een grondig overleg met de campinggasten van plek nummer 1 besluiten we om toch maar gewoon te gaan staan en morgen te betalen. Het nadeel van zo’n onderonsje met je campingburen is dat je niet meer van ze af komt. Heel aardige bejaarden hoor, maar we willen ook graag douchen en whisky drinken. Eindelijk lukt het ons om ze af te schudden, snel de camper in!