Het einde van de busreis komt er aan, ik wil er nog niet aan denken maar over een dag of 4 moeten we de bus inleveren in Sydney. En afstanden in Australië zijn een serieuze factor. We hebben het plan opgevat om de Australische Alpen te doorkruisen. De wintersportgebieden zijn tot eind september open dus waarschijnlijk ligt er nog wel sneeuw, klinkt voor veel mensen vreemd in de oren, maar de Alpen hier zijn bijna 2300 meter hoog en dat is tijdens de winter genoeg om sneeuw op te leveren. Om vast een stuk die kant op te komen rijden we naar Lake Entrance. De weg erheen is saai: zeg maar de Australische Ardennen (zonder afbreuk te willen doen aan de schoonheid van de Ardennen). Het hoogtepunt van de dag is de lunch in een plaatsje Stratford, waar ze voor het gemak het riviertje ook maar de Avon hebben genoemd. Klinkt niet als een aboriginal naam… Een treurige dame zit achter een kassa, naast een al even treurig uitziende menukaart. We bestellen een burger en wat knoflookbrood en worden voor wat drinken naar de andere kant van het etablissement gestuurd. De tocht erheen is eveneens een treurige gang. Lange rijen tafels met erop een uitnodiging voor het feestelijke Kerstdiner. Het is bijna jammer dat we er niet zijn rond kerst, ik had zoveel treurigheid wel eens in kerststemming willen zien. De bar waar de drankjes verkocht worden is een prettige uitzondering, omdat de jongen erachter een vrolijke bui heeft. Zal wel import zijn. Na een uur of 4, rijden we, na wat zoeken, een camping op. We zetten ons kamp op en 5 minuten later lig ik in de hangmat. We wandelen over het strand dat er prachtig uitziet. Achter een hoge zandrug liggen grote meren die door een smalle geul in zee uitkomen. Het is klaarblijkelijk laagwater aan het worden, want het water giert door de geul naar buiten. We kijken toe hoe een kitesurfer zich door zijn vlieger tegen de stroming in de geul in laat trekken. Zo meteen nog een aflevering van de Walking Dead (voor de gezelligheid) en dan slapen. Morgen de bergen in!