Pakijs

Na een lange nacht varen (zo’n 200 kilometer) worden we wakker door het vrolijke ‘Good morning everyone, good morning’ van onze expeditieleider. De extra boodschap is dat we het pakijs naderen en inderdaad, als we uit onze patrijspoort van de hut kijken zien we al wat ijsstukken langsdrijven. Er hangt een beetje mist rond en het regent een beetje. Daar word je wel stil van, het is weer een heel andere wereld. Heel sereen, heel kalm en stil. Ik zie een knalrode vlek op een stuk ijs en bedenk me dat hier mogelijk een zeehond aan zijn einde is gekomen. Want dat is dan ook de missie van de dag: gaan we de ijsbeer zien in zijn favoriete habitat?

Op de brug moeten we stil zijn, het is lastig navigeren tussen de schotsen door. Al het personeel draait in toerbeurten speurdienst naar het bekende ‘mayonaisekleurige bolletje’, naar verluidt tot het bloed uit hun oogballen komt. Dat klinkt hoopvol, maar als ons verteld wordt dat de afgelopen weken er geen ijsberen op het pakijs zijn gevonden, proberen we onze verwachtingen te managen. Tijdens het ontbijt komt er een nieuwsgierige zeehond kijken wat er op ons bord ligt, het zwarte koppie duikt dan hier en dan weer daar boven.

Terwijl we verder varen wordt het ijs steeds compacter en de schotsen groter. De schotsen schuiven heen en weer op de lange deining en geven het gevoel van een cakewalk. De boot duwt de schotsen naar de zijkant weg. Ik moet denken aan het verhaal van een paar jaar terug, toen een toeristenboot is vast komen te zitten in het ijs en uiteindelijk geëvacueerd moest worden met helikopters. Hoe spannend dat ook klinkt, dat is voor mij iets te avontuurlijk.

Ding dong! ‘We spotted a polar bear in front of the ship!’ Nog nooit is de ontbijtzaal zo snel ontruimd, iedereen vliegt naar een dek buiten. En ja hoor, buiten aangekomen, nog ietwat ver weg, zien we een kloddertje mayo over de ijsschotsen lopen. Het is een jong mannetje, in goede conditie. Heel stil proberen we met de boot dichterbij te komen. Gisteren in de briefing hebben we instructies gekregen om heel stil te zijn en niet deuren dicht te gooien, want dan kan de ijsbeer er vandoor gaan. Behendig loopt de ijsbeer van schots naar schots, af en toe met een sprongetje. Soms kijkt hij ons recht aan, of hij steekt zijn neus in de wind om te ruiken of er nog ergens een lekker hapje te vinden is (of is dat de keuken van onze boot?). Uiteindelijk gaat hij er lekker bij liggen, koppie op zijn poten, om een lekker tukkie te doen. Dat lijkt er in ieder geval op dat hij ons niet als storend ervaart. Wat hebben wij een geluk zeg! Onze dag kan al niet meer stuk.

Ik ben er behoorlijk van onder de indruk. Zeker ook als je beseft dat in 2030 het pakijs op de Noordpool er misschien niet meer is. Hoe moet het dan met de ijsbeer? Verdrietige vooruitzichten die niet meer teruggedraaid kunnen worden, ook al stoppen we per vandaag in de hele wereld met de CO2-uitstoot.

We varen verder en niet heel veel later wordt er een tweede ijsbeer gespot. Deze is echter wel heel ver en nadat te zien is dat de beer met enig tempo van ons af beweegt en het schip moeite krijgt met het door het steeds dikker wordende pakijs te varen, laten we het voor wat het is en keren weer om.

Tijdens de lunch varen we weer even buiten het pakijs om er in de middag weer in terug te keren. We zien een groepje zeehonden jagen of spelen. Verder lijkt het rustig op het ijs. We varen terug naar buiten en vervolgens langs de rand. Jammer, denken we, het is hier zo mooi en vredig, ik wil eigenlijk niet weg. Dan klinkt er nog een keer Ding Dong! Er is voor de derde keer een ijsbeer gespot en we varen weer even naar binnen om dichterbij te komen. Dat lukt helaas niet, het pakijs wordt te dicht. Maar goed, de dag begon zo goed dat dit niet uitmaakt. We worden door Alex de hotelmanager getrakteerd op warme appelsap met een scheutje whisky om de dag te vieren.

In de avond wordt er nog lang nagepraat over de belevenissen van de dag. Een blik op het horloge doet ons schrikken, het is alweer 23.30 uur! Het wordt hier geen nacht, zelfs van schemer is niet echt sprake, dus je wordt behoorlijk gefopt als je naar buiten kijkt. Gelukkig doet onze interne klok het nog wel, want je wordt wel moe ’s avonds. Gordijntjes dicht, oogjes toe.

Marieke

3 gedachtes aan “Pakijs

  1. Cockie

    Gelukkig hebben jullie begrepen dat de volgers wel meerdere berichten op een dag aankunnen! Zeker als het zo spannend is. Ik ben benieuwd naar het vervolg.

  2. Louise

    En… ja hoor… daar is ie dan!! Her lijkt mij een machtig gezicht om.zo’n kolosaal beest te zien.. Prachtig… en daar maak je zo’n reis voor. Top!!!